Tips voor ouders

De fouten uit het verleden zijn de wijsheid van het heden. Fouten maken Mág!

Een aanbevolen manier van werken met deze lijst met tips is als volgt:

·       Lees hem door.

·       Streep een paar (bv 5) mogelijkheden aan waarvan u denkt dat het in uw geval zal of tenminste kan helpen.

·       Bedenk een strategie om die activiteiten ook werkelijk in de praktijk te brengen. Wellicht moet je ze één voor één inoefenen en toepassen. Of elke dag na afloop standaard nagaan in hoeverre je de nieuwe gedragingen hebt gebezigd. Of ergens in huis een papier ophangen met herinnerende teksten of symbolen. Of alles wat je zelf wellicht nog beter kunt bedenken.

Tips:

·         Neem het angstgevoel serieus (dus niet: Stel je niet aan..., Wat een onzin ..., doe nou gewoon ..,) zonder zelf bezorgd te worden.

·         Geef het kind veiligheid: Complimenteer het en applaudiseer voor alle kleine en grotere successen.

·         Veel feedback geven over de vorderingen. Ook kleine stapjes voorwaarts benoemen. NIET melden wat er nog niet goed gaat.

·         Veel feedback en terugkoppeling over gedane taken. Liefst positief en evt op verbetering in de toekomst gericht . Dus: Je hebt al vijf plaatsen goed, zoek de andere nog eens op in de atlas. Dus erbij vertellen HOE ze evt fouten verbeteren kunnen.

·         Je gedraagt je versus je bent .... :

Ø        Bij fouten: WEL taakgerichte kritiek (+ vertellen hoe het wel moet) en beslist GEEN persoonsgerichte kritiek (wat ben je toch stom...)

Ø        Bij succes: Hetzelfde.
Met name het benoemen van hoe het kind zelf invloed had op dit succes geeft zelfvertrouwen en een toenemend geloof in toekomstig succes.

·         Geef Ik-boodschappen ipv Jij-boodschappen.

·         Besef dat het kind (nog) niet anders kan en wees daarom NIET-ongeduldig en NIET-geïrriteerd en NIET-aggressief en WEL vriendelijk.

·         Laat ze ook los, geef ze de kans te oefenen en te experimenteren. Al te beschermend zijn geeft het kind de indruk dat hij het 'dus' niet zelf, alleen kan. We noemen dat "aangeleerde hulpeloosheid".

·         Geef uw kind keuzemogelijkheden. (Wat gaan we vanmiddag doen, hoe wil jij je kamer inrichten, wanneer zullen we ..., enz.)

·         Laat ze uitdagingen zoeken in minder bedreigende nieuwe situaties.

·         Stimuleer het kind om toch de dingen te ondernemen die het spannend vindt. Eventueel in kleine stapjes onderverdelen. Help daarbij wel met tips, duwtje in de rug, vertrouwen dat zij/hij het kan, advies e.d. Geef de grenzen van wat moet helder en duidelijk aan. Ook kleine successen leiden tot veel zelfvertrouwen.

·         Geef gewoonlijk geen kant en klare oplossingen maar laat het kind vragenderwijs zelf zijn oplossingen ontdekken.

·         Vertel het kind niet de antwooorden, maar leer het om zelf antwoorden op vragen te vinden, bv in woordenboek, encyclopedie, bibliotheek, door logisch nadenken enz.

·         Als je het kind overhoort, controleer dan of het ook begrip heeft van en inzicht in de stof. Dus dat het niet alleen feiten of hele zinnen letterlijk alleen maar uit het hoofd geleerd heeft en nu zonder nadenken gewoon opdreunt.

·         Blijf zelf in elk geval volledig rustig als het kind toch zenuwachtig is of mislukkingen ervaart. (i.t.t. "Nu weet ik het ook niet meer", "Weet je zeker dat je het echt goed geleerd hebt?")

·         Wees heel precies in opdrachten aan en wensen tav het kind. Wat precies moeten ze doen.

·         Geef vertrouwen. Geloof in je kind dat hij/zij het kan.

·         Geef uw kind regelmatig gelegenheid initiatief te nemen en zelfstandig te opereren. Geef daarover zeer positieve feedback (zodat het kind NIET ALLÉÉN voor jou graag iets doet omdat het ALLEEN DÁN de ouderlijke goedkeuring krijgt). Op school moet het kind ook alleen en zelfstandig initiatief nemen en opereren. Dat kan het ook thuis leren.

·         Andere zaken dan leerprestaties en sociale prestaties zijn ook van belang.

·         Modelgedrag: Laat ze zien dat jij ook weleens iets fout doet en hoe je daarmee omgaat: relativeren, de wereld vergaat niet, volgende keer beter. Vertel over vroeger en hoe je er zelf wel last van had en wat je dan deed om het op te lossen. Maak duidelijk dat jouw kind niet de enige is.

·         Stel reële eisen aan het kind. Overvraag niet, maar wees ook niet te makkelijk.

·         Help uw kind reële eisen te stellen aan zichzelf.

·         RET-ten: Benadruk de positieve even waarschijnlijke maar veel handiger verwachtingen voor de toekomst. Die verwachtingen moeten wel reëel zijn. Je hebt er hard voor geleerd en bij de overhoring zojuist kende je het voortreffelijk dus op school zal het zeer zeer zeer waarschijnlijk ook goed gaan.

·         Zorg voor reële positieve verwachtingen. (Pas op: dus niet zeggen "Het lukt wel" als de taak of het niveau echt te hoog gegrepen is)

·         Vermijd meegaan in de negatieve verwachtingen.

·         Oorzaken van slagen bij het kind leggen, oorzaken van falen in de buitenwereld zoeken.

·         Het aandurven van nieuwe situaties belonen.

·         Vluchten uit situaties NIET belonen, NIET afkeuren, wel vertellen dat ze beter kunnen volhouden en waarom.

·         Kinderen accepteren zoals ze zijn, onafhankelijk van hun prestaties en succes of zgn 'mislukking'

·         NIET er van uit gaan dat het bij een bepaald vak - een bepaalde situatie toch niks meer zal worden omdat het een paar keer niet goed ging.

·         Niet vergelijken met klasgenoten, leeftijdgenoten. Wel vooruitgang ten opzichte van zichzelf waarnemen en benoemen.

·         Help kinderen tijdschema's te maken voor huiswerk, schoolwerk en hobby's. Uitstellen van leren leidt al gauw tot paniek. Pauze's om even iets anders te doen zijn daarin ook heel belangrijk.

·           Zorg voor evenwicht tussen leren en ontspanning. Sport en andere leuke dingen doen zijn essentieel om de spanning te kunnen laten wegvloeien.

·           Met betrekking tot de Faalangst-situatie: Elk klein miniem stapje vooruit benoemen en bekrachtigen met complimenten. Eventueel de schaalvraag gebruiken: Op een schaal van 0 tot 100..., waar sta je nu? Wat is het kleinste stapje vooruit waaraan jij zou merken dat het probleem iets minder is? Waar stond je vorige week? Hoe deed je dat om deze week hoger uit te komen?

·         Samen met de leerkrachten van uw kind.

¨        Maak een complimenten - succcessen boekje waarin op school elke dag een paar successen worden genoteerd.

¨        Laat je kind het elke dag mee naar huis nemen.

¨      Neem het boekje elke dag ter hand en prijs je kind uitgebreid voor de behaalde successen.

·         Geduld, geduld, geduld!